Leestijd: 3 minuten
We doen het nog steeds, maar downloaden zonder te betalen is sinds april 2014 verboden in Nederland. Veel sites verspreiden zonder toestemming van de makers gratis films, series of muziek. Zoals de populaire applicatie Popcorn Time: op 1,5 miljoen Nederlandse apparaten geïnstalleerd. Eind 2014 pleitte de VVD bij Fred Teeven (staatssecretaris Veiligheid en Justitie) voor een pop-up als waarschuwing voor internetters die illegaal (onbetaald) willen gaan downloaden. Eerst was alleen het verspreiden (uploaden) van die illegale bestanden strafbaar. Nu lijkt ook de jacht geopend op de particuliere downloader. Maar is illegaal downloaden wel zo’n kwalijke zaak?
Van het onbetaald downloaden van films, boeken en muziek wordt bijna iedereen beter, hoezeer de tegenstanders ervan ook het tegendeel beweren. Iedereen heeft er namelijk baat bij om het downloaden in stand te houden.
Het aanbod van films en series in Nederland, op tv, in de winkel, maar ook digitaal, is vaak ouderwets. Maanden, soms zelfs jaren, loopt het aanbod achter op landen als de Verenigde Staten. Het digitale aanbod is niet alleen beperkt maar ook vaak even duur als het fysieke aanbod.
Kritische blik filmindustrie
Daarnaast rijzen de prijzen van bioscoopkaartjes de pan uit. Daar komt bij dat de media-industrie zich nog steeds arrogant opstelt tegenover de consument. Internationale topfilms van deze week zijn pas over maanden te zien in Nederland. Het is tijd dat de Nederlandse filmindustrie kritisch naar zichzelf gaat kijken om zo tot een andere manier van filmverspreiding te komen. Met een model dat wel aansluit op de moderne, gedigitaliseerde samenleving.
Nederlanders willen best betalen voor hun digitale media: kijk naar het enorme succes van iTunes. En betaalde streamingsdiensten als Spotify, Netflix en commerciële versies van Uitzending Gemist worden ook steeds populairder. Maar de grote aantallen downloads tonen aan dat veel Nederlanders het gratis downloaden van de meer recente media blijkbaar ook maatschappelijk aanvaardbaar vinden.
Bijna vanzelfsprekend is de muziekindustrie (maar ook de filmindustrie) faliekant tegen het illegaal downloaden. Ze duiden de makers van illegale downloadsites aan als internetpiraterij. Het belangrijkste argument daarbij is dat de verkoop van cd’s, dvd’s en legale downloads door die internetpiraterij grote verliezen lijden.Het meest genoemde argument van auteursrechtenorganisaties als BREIN (Bescherming Rechten Entertainment Industrie Nederland) is dat iedere download gelijkstaat aan een gemiste verkoop.
Positief effect muziekverkoop
De door internetpiraterij veroorzaakte schade moet niet overdreven worden. Slechts 13 procent van de Europese bevolking houdt zich bezig met illegaal downloaden. Uit een in maart 2013 door de Europese Commissie gepubliceerd onderzoek blijkt dat illegaal downloaden van muziek zelfs een positief effect op de muziekverkoop heeft. Downloaders blijken namelijk vaker muziek, films en boeken betaald aan te schaffen in vergelijking met mensen die niet downloaden. Mensen gebruiken downloads vooral als mechanisme om muziek te ontdekken. Juist internetters die via internet liedjes uitwisselen, zijn sterk in muziek geïnteresseerd. Om deze redenen zijn jonge, nog onbekende artiesten vaak juist voorstander van het downloaden van muziek van internet.
Uit het onderzoek, met 16 duizend deelnemende consumenten, blijkt ook dat personen die meer downloaden uit ‘illegale bron’ ook meer geld uitgeven aan media. Van de personen die meer dan 100 euro per maand uitgeven, geeft 67 procent aan dat zij ook illegaal downloadt. En van de personen die 1 tot 19 euro aan muziek uitgeven, downloadt daarentegen 50 procent. Dat betekent natuurlijk niet dat er een causaal verband bestaat tussen downloaden en kopen, maar er is op zijn minst een relatie.
De kassa rinkelt
Het onderzoek concludeert zelfs al dat het strenger controleren van piraterij zal leiden tot juist een sterkere daling in de muziek en filmindustrie. Doordat mensen hun muziek illegaal downloaden, komen ze in contact met bredere muziekstijlen. Horen ze iets wat ze leuk vinden, geven ze vaak ook meer geld uit aan het echte werk van de artiest en bezoekt meer live concerten. Ook hier rinkelt de kassa.
In 2003 kwam de invoering van thuiskopieheffing. Een belasting, in eerste instantie alleen op lege cd’s en dvd’s, later ook op andere opslagmedia. Hier had Buma/Stemra een groot aandeel in, als stichting voor belangenbehartiging in Nederland op het gebied van muziekauteursrecht. Zij heeft nog steeds een wettelijk monopolie op het incasseren van vergoedingen van radiostations voor de openbaarmaking van muziekwerken. Een internationaal “radiomodel” waarbij alle media- aanbieders vergoedingen afdragen is alleen al op Europees niveau niet haalbaar. “Geen hond voelt er iets voor”, aldus de reactie van Teeven.